MOTIVERING

Voorgeschiedenis en aanleiding

Op 15 juni 2021 vaardigde de burgemeester volgende politieverordening uit:  Politieverordening van de burgemeester van 15 juni 2021 betreffende aanvullende maatregelen in de strijd tegen het coronavirus Covid-19: verplichting mond-neusmasker in de publiek toegankelijke delen van openbare gebouwen.

Ondertussen is de epidemiologische situatie gunstig geëvolueerd en werden op federaal niveau - via recente aanpassingen van het ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken - verregaande versoepelingen toegestaan aangaande het aspect van het dragen van het mond-neusmasker.

Juridische grond

•          Artikelen 134, §1 en 135, §2 van de nieuwe gemeentewet.

•          Artikel 63 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).

•          Ministerieel Besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken (zoals gewijzigd).

Argumentatie

Rekening houdende met de hoger aangehaalde gunstige evolutie van de epidemiologische situatie, is de aanvullende maatregel voorzien middels het bedoelde burgemeestersbesluit van 15 juni 2021 niet langer noodzakelijk, noch proportioneel in het licht van de vrijwaring van de openbare gezondheid en veiligheid.

BESLUIT

Artikel 1:

De politieverordening van de burgemeester van 15 juni 2021 betreffende aanvullende maatregelen in de strijd tegen het coronavirus Covid-19: verplichting mond-neusmasker in de publiek toegankelijke delen van openbare gebouwen, wordt opgeheven met ingang van de dag van de bekendmaking van onderhavig besluit.

Artikel 2:

Deze beslissing kan het voorwerp uitmaken van een beroep tot nietigverklaring en/of schorsing, eventueel bij uiterst dringende noodzakelijkheid, bij de Raad van State (afdeling bestuursrechtspraak) Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel. De verzoekschriften daartoe moeten aan deze instantie worden toegezonden bij een ter post aangetekend schrijven of elektronisch via https://eproadmin.raadvst-consetat.be/ binnen de 60 dagen, te rekenen vanaf de eerste dag volgend op de dag van de bekendmaking van deze beslissing.  Het verzoek tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid moet ingediend worden binnen de termijn bepaald door de rechtspraak van de Raad van State op straffe van onontvankelijkheid.  Het beroep dient te beantwoorden aan de vormvoorschriften en termijnen van het Besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling administratie van de Raad van State.